Organisatievorm: Klassikale les
Duur: 45 minuten
inhoud: het eerste deel van de les bestaat uit bewegen op muziek en duurt 15 minuten
Het tweede deel van de les bestaat uit een ‘copyles’ waarbij hetzelfde spel
drie keer wordt uitgezet in de zaal en duurt 30 minuten.
Zaalopstelling: Alles voor het chaosdoelenspel is al klaar gezet maar op zo’n manier dat er
een omgangsbaan vrij is. Na het bewegen op muziek worden de blokjes op hun juiste plek gezet.
Klik hier voor plattegrond
Bewegen op muziek
Te gebruiken muziek: 1-‘hardloopwedstrijd’, http://www.jufsanne.com/lesidee/liedjes/
2- ‘touwtje springen’: https://www.youtube.com/watch?v=Z6uuGOnxPPY
3-‘bewegen is gezond’: https://www.youtube.com/watch?v=QUMygc3_JWA
4– ‘klaar voor de start’: https://www.youtube.com/watch?v=qNuZrdVJffo
5-‘speel je mee’: https://www.youtube.com/watch?v=HzACMWmC0rU
Op alle nummers kan bewogen worden in omgangsbaan. Bij nummer 2 ligt er een touw over de volle lengte van de omgangsbaan waaroverheen gesprongen kan worden als er in het liedje ‘spring!’ gezongen wordt. Klik hier voor de tekst van het liedje
Chaosdoelenspel
Er zijn drie (of meer, al naar gelang de ruimte) veldjes uitgezet met chaosdoelenspel. De kinderen zitten langs de kant of op de banken van waar ze het voorbeeld van het spel goed kunnen zien.
Je laat het spel zien met één groepje (1/3 deel van de kinderen).
Je kunt kiezen voor rollen en tegenhouden of schieten en tegenhouden. Gebruik in beide gevallen zachte ballen die niet heel goed stuiteren (foamballen). Bij rollen ben je de ‘keeper’ die de bal weer in het spel rolt, bij schieten ben je een speler die op doel (blokje) schiet). Het heeft de voorkeur om of allemaal te rollen of allemaal te schieten zodat een kind dat schiet niet per ongeluk tegen de handen van een ander kind schiet.
Klik hier voor de plattegrond en de uitleg.
Tijdens de les loop je langs alle drie de groepjes en speel je overal even kort mee zodat het spel gaat‘lopen’.
Je kunt het tussendoor stilleggen om nog een keer een plaatje te laten zien of bepaalde regelingen nog eens te benadrukken.
Ook kun je later eventueel de groepjes veranderen.
De kinderen leren dit spel op deze manier goed spelen en kunnen het daarna in een ‘in groepen werken’ les zelfstandig spelen.